Dag 2,
Vandaag moest ik mijn eerdere boete zonden goedmaken met mijn ega, ik moest het ergste doen wat ik bedenken kon, namelijk een dagje mee winkelen.
In de arosa, zonder cruise control de A2 over, en zonder nog meer boetes veilig en wel aangekomen in het bijna altijd zonnig zuiden (waarschijnlijk alleen vandaag niet zonnig)...
De vrouw wilde nieuwe bh en lingeriesetjes hebben, dus als brave echtgenoot ga je mee de Hunkemöller in. Ze verdwijnt een pashokje in met een arsenaal aan veel te dure minidingetjes, waar ik helemaal niets mee heb, omdat het toch uit moet
Daar sta je dan, het Alfa mannetje, te wachten in een warme, overbevolkte Hunkemöller waar het gesprek van de dag lijkt te gaan over het vreemdgaan van Rick in goede tijden slechte tijden, met twee tasjes in je hand, te wachten tot je vrouw klaar is.
Op dat moment begin ik mijn leven te overdenken, kan ik nog wegrennen, is het al te laat?
Net op het ogenblik dat ik bij het punt ben aangeland waar ik de spoortijden opzoek op mijn mobiele telefoon om mijzelf vol smart achter de trein te werpen, roept ze me.
Verdwaasd reageer ik niet, en nogmaals roept ze me. Ik krijg ineens positieve denkbeelden en met gezonde spanning in de toch al strakke spijkerbroek, hol ik op een half hopeloos drafje naar de paskamers toe, hopend op het beste.
Een vluggertje, tenminste een lapdance, of in het minst gunstige geval een paar gulle blikken en warme handen die ik bieden kan.
Niets is minder waar. Nog voordat ik het pashokje betreden kan, komt er een Hunkemöller kenau aan die vraagt of alles naar wens is. Gezien ze nogal grofgebouwd was en zo weggelopen leek van de set van " planet of the apes" ben ik maar weer gaan zitten.
Na dit fiasco, was het tijd voor een kleine versnapering. Mijn vrouw was zo goed om mij te laten kiezen waar het eten plaats mocht vinden.
En natuurlijk koos ik voor een oosterse hap.
Het personeel stroomde uit om te zien hoe een arme zwaarbeladen pakezel als ik met alle tassen de deur doorkwam en ging zitten.
Honger is mijn gevoelige punt en met een kreun waar moeder aarde van schrikt, zeeg ik mijn volronde lichaam neer op de stoel.
(Noot van de schrijver, ja ik ben dik, ik heb het lichaam van een god, het is alleen jammer dat het een Boeddha is.
Als ik zomers op het strand lig, word ik teruggeduwd in zee door Greenpeace activisten die me nathouden met doeken en emmers. En als ik thuis ga douchen, roept de buurman "free Willy", omdat alles nat wordt, behalve het putje).
Na de maaltijd was het tijd voor de thuisreis, keurig op een kruissnelheid van 90, want nog een boete kan ik er even niet bijhebben.
Als jullie dit leuk vinden, zal ik het dagboek regelmatig updaten met mijn gebeurtenissen, al dan niet met de golf
Zo niet, zeg het dan ook, dan stop ik onmiddellijk.
